zaterdag 28 februari 2009

India!

India is overweldigend!
Mijn eerste dagen heb ik in Calcutta doorgebracht. De mensen zijn bijzonder vriendelijk. Oprecht vriendelijk. Als ze niet vriendelijk willen zijn, zullen ze dat ook niet doen. En oprecht geinteresseerd, waardoor honderden vragen overal rond m'n oren vliegen.
Opvallend is dat Indiers geen schaamte kennen. Geen schaamte... 't is moeilijk voor te stellen als westerse mens. Heel opvallend is het aanstaren. Blijven staren, meelopen, beginnen vragen, lachen, luidop zingen, dansen, aanraken, openbaar hun behoefte doen,... en zelfs openbaar masturberen. Zonder schaamte!

De hoeveelheid geuren en kleuren is prachtig, de cultuur is diepgeworteld, gecompliceerd en zo fascinerend. Bijna dagelijks is er een soort festival. Troms, zingen, lachen en dansen in traditionele kleding. Er gaat telkens enorm veel energie van uit! Ook de tempels zijn weer spectaculair om te bezoeken. De spiritualiteit hangt overal!

Sinds vanmorgen ben ik, na een hectische reis, aangekomen in Bodhgaya, waar de Boeddha zijn verlichting bereikte onder de beroemde Bodhi tree.
Toen ik op m'n trein wachtte in het station van Calcutta kwamen er wat kindjes bij mij zitten. Blote voeten, zo smerig als de Indische straat en hoogstwaarschijnlijk geen ouders meer. Maar altijd maar lachen, lachen, lachen. En ze deelden zelfs hun koekskes me mij. Ik wou het eten van deze graatmagere jongetjes niet afnemen, maar ze drongen erop aan. Heel de tijd lachen en praten. Maar ik verstond er natuurlijk geen woord van. Ze kwamen heel pienter over en leken zelfstandiger dan de gemiddelde Vlaamse student. De oudste (niet ouder dan 10) probeerde me heel de tijd iets duidelijk te maken. Ik begreep waar het over ging toen de jongste al zijn littekens toonde op zijn armen. De wonden en littekens waren duidelijk opzettelijk toegebracht. Toen de oudste zijn t-shirt omhoog trok, zag ik gruwelijk grote littekens op zijn magere borstkas. 'Police, police', zei hij toen hij naar de wonden wees. Daar ging het over. Maar wat wilden ze van mij??? Wat kon ik doen? Kon ik hen op z'n minst maar verstaan.. Maar dan nog had ik ze waarschijnlijk niet kunnen helpen. Ik moest mijn trein halen en kon niet anders dan ze aan hun lot over te laten. Machteloos...















woensdag 25 februari 2009

Paradise Beach

In Thailand moest ik een week op m'n India-visum wachten, dus ging ik wat relaxen op het eiland Ko Chang, in het zuiden. Eerst kwam ik bij een strand vol ego-trippers, sex-toeristen en muscle-boys. Elke vorm van Thaise cultuur leek hier verdwenen.
Gelukkig kwam ik al snel bij een ander strand terecht, aan de andere kant van het eiland. Ik ben niet bepaald een beach-boy, maar dit strand was geniaal! Paradijselijk! Een helderblauwe kleur, zacht wit zand en prachtige jungle rondom! Dit gebied was gelukkig nog niet op electriciteit aangesloten, wat alles heel gezellig maakt. Het leukst was eigelijk de warme sfeer onder de travellers! 's Avonds djembe en gitaar spelen op 't strand, iedereen kende elkaar wat en je kon de glimlach simpelweg uit de lucht plukken! Ook de zonsondergangen waren hier telkens fantastisch! Eergisteren leek de rode bol groter als anders, langzaam smeltend in de oceaan... Een mooiere zonsondergang heb ik zelden gezien!

Zoals de rest van Thailand is het cultureel wel nogal 'plattekes'... Alles is heel westers en de toeristen regeren in Thailand... Maar wel subliem is de Thaise keuken! Beter eten had ik nooit in zuid-oost-Azie! Elke maaltijd was een feest!
'k Had spijt dat ik dit stukje paradijs zo snel moest verlaten, maar ik had een vlucht te halen!

Zonet ben ik vanuit Bangkok naar het gekke India (Calcutta) gevlogen!
CULTUUR-CULTUUR en CHAOS! Overdonderend! Heerlijk!
Ik kon het niet laten om al 2 euro uit te geven aan een arme vrouw... 'No money, no money, only food for the baby please, please!' Ze smeekte om met haar wat melk te gaan kopen voor haar baby in haar armen. 'k Mag er geen gewoonte van maken, maar net aangekomen kon ik er geen nee tegen zeggen.

Later meer over holy India.

Enkele beach-pictures... Op de eerste foto is mijn bungallow (met balkon en hangmat) te bewonderen! :)







zaterdag 14 februari 2009

Village-people

Zonet heb ik voor de laatste keer de Mekong overgestoken. Hier vormt de Mekong de grens tussen Laos en Thailand, en dus heb ik Laos achter mij gelaten.

Enkele dagen heb ik in Luang Prabang, de cultuurstad van het land, verbleven. Een heel charmerend stadje met nog veel traditionele gebouwen. Maar helaas is het aantal toeristen bijna hoger dan het aantal Laotianen, waardoor het geheel wat teleurstellend was. Niet alleen 'travellers', maar ook heel veel oudere 'hotel-toeristen', die het straatbeeld vaak wat verpesten. Reizen roept bij mij vaak een heel dubbel gevoel op, want natuurlijk maak ik zelf ook deel uit van die toeristenstroom! Maar toch is er duidelijk een verschil in toeristen. Voor mij zullen ze nooit een luxe-hotel moeten neerzetten! Zeker in een land als Laos is het spijtig dat er steeds meer vraag is naar stenen-luxe-hotels die totaal niet passen in het straatbeeld. Het westen is de Laotiaanse cultuur razendsnel aan 't opvreten. Heel jammer.

Het uiterste van het land (waar vele ethnische minderheden leven) was gelukkig wel het Laos wat ik hoopte te zien toen ik deze bestemming koos. Traditioneel, en (in tegenstelling tot vele andere gebieden in Laos) nog niet door het westen geteisterd. Ik heb de laatste tijd vooral in dorpjes verbleven, ver van de westerse wereld. Geen verkeer, geen elektriciteit, (nog) geen chique hotels (wegens gebrek aan hotel-toeristen) en een heel vriendschappelijke sfeer onder de enkele travellers die er waren! Het eerste dorp waar ik verbleef was een vreemde mix van simpele Laotiaanse dorpsbewoners en enkele travellers. Iedereen in het dorp doet hier nog steeds rustig zijn landelijke bezigheden, terwijl enkele vreemde witte wezens nieuwsgierig in de omgeving ronddolen. Te voet ben ik naar het volgende bergdorpje getrokken en ook daar enkele dagen verbleven. Wassen in de rivier, zelf vruchten uit de bomen plukken, vissen, jagen, 's avonds aan het vuur zitten met de dorpsbewoners en de hondenclans, genieten van de natuur rondom,... Prachtig!

Graag had ik nog wat langer in het noorden rondgehangen, maar enkele administratieve plichten (visa en dergelijke) lokken mij terug naar het zuiden van Thailand.























dinsdag 3 februari 2009

Vang Vieng

In het backpackers-oord Vang Vieng heb ik een heerlijk weekje beleefd. Het dorp is helaas reeds verdronken in de massa toeristen. Op zich dus niet zo aangenaam meer, maar 't had ook z'n voordelen. Elke avond feest op een eiland in de rivier en een ongelofelijke keuze aan lekker eten voor een spotprijsje. Maar wat deze plek zo mooi maakt is de omgeving. 2 minuutjes stappen en ja staat in prachtig natuurgebied! Elke berg in de omgeving herbergt meerdere grotten en overal zijn er vijvers en meertjes met vaak helderblauw zuiver water.
En vanuit de guesthouse, met goed gezelschap en een verse fruitshake in de hand, kon ik dagenlang naar het landschap blijven staren.